In het spoor van de Argonauten

Het akkoord van de Akropolis

En zo kwamen de riddertjes ten tweede male aan in Griekenland. “Zo? Hoezo?” hoor ik je denken. Wel zo: het begon allemaal andermaal op een mooie lentedag in het hertogdom Bouillon. Godfried, jullie en de riddertjes nog wel bekend van het avontuur met de twee zwaarden, zat andermaal peinzend voor zich uit te staren aan de oevers van de Semois. Wie zou hem kunnen vergezellen naar het verre Byzantijnse rijk nu Boudewijn van Vlaanderen, de keizer van het Latijnse keizerrijk aldaar een bijeenkomst van weledelgestrengden had aangekondigd. De plaats van het gebeuren was het schone Athene en dat deed Godfrieds maag al bij voorbaat jubelen van plezier denkend aan de rijkgevulde schalen vol souvlaki, mezze en fetafantasieën. Geen sprake van dat hij in zijn miezerig kasteeltje zou blijven deze zomer. Athene was the place to be.

IMG_0189
Volg de koning. Op naar Athene!

Maar hoewel Godrief van Bouillon vanzelfsprekend kon rekenen op een volgzaam gevolg, was dat gevolg volgens hem niet van dien aard dat hij zomaar gevolg zou kunnen geven aan deze aanlokkelijke oproep. Die dekselse Boudewijn zou namelijk vast niet al die lekkernijen zomaar ten tafelen brengen zonder dat daar iets tegenover kwam te staan. Er zat vast meer achter dit aanlokkelijk voorstel dat het delen van de geneugten van een frisse Griekse salade. Helaas kon Godfried totaal niet inschatten wat Boudewijn in zijn heilig schild voerde. En om een lang verhaal kort te maken: zo kwam het dus dat ook onze twaalf riddertjes met Godfried meetrokken op weg naar het Zuiderse Athene met de belofte van goedgevulde magen op zak.

IMG_0155
Bij dag ende bij nacht. Den twaalf riddertjens staande immer paraat.

Dankzij moderne spitsvondigheden duurde de reis vanuit het hertogdom Brabant naar het hertogdom Athene nauwelijks een dagreis. Helaas bleek de feestzaal die Boudewijn had afgehuurd wel helemaal bovenop de plaatselijke heuvel, de Akropolis, te liggen. Dat werd dus nog stevig klimmen! Cultuurminnend als onze riddertjes zijn, vonden zij deze klim echter meer dan de moeite waard. De heuvelflanken lagen namelijk als het ware bezaaid met overblijfselen van het glorieuze verleden van de polis Athene. Een theater voor Dionysos, een tempel voor Hephaistos en een nog veel grotere tempel voor Zeus. Het herinnerde de riddertjes aan die keer toen ze de hulp van de Griekse goden heel goed hadden kunnen gebruiken. Terstond maakten zij dus een welgemeend plengoffer.

Een bibliotheek menen wij, zijnde een exemplaar zonder boeken
Een bibliotheek menen wij, zijnde een exemplaar zonder boeken

Maar hoe lang de weg ook is, aan elke heuvel komt een einde en na het imposante poortgebouw van de Akropolis te hebben doorgeschreden aanschouwden zijn de wonderen van de Akropolis. Nu hebben de riddertjes op hun tochten best wel al veel moois gezien, maar wat die ouwe Grieken hier op de heuvel bijeen hebben gezet, dat mocht er toch best wel wezen. Spoedig ontdekten zij dat Boudewijn van Vlaanderen en zijn gevolg al hun intrek hadden genomen in de feestzaal. Gezien de opkomst van gekroonde hoofden – het aanbod van verrukkelijke spijzen ten spijt – toch wat tegenviel, had de organisatie op het laatste nippertje besloten om toch niet het vrij grote Parthenon te gebruiken voor de maaltijd, maar het eerder bescheiden – doch zeker niet minder prestigieuze – Erechteion te gebruiken.

Ietwat kleiner dan het Parthenon, maar wel ondersteund door zes schone vrouwen. Dat beviel de riddertjes wel!
Ietwat kleiner dan het Parthenon, maar wel ondersteund door zes schone vrouwen. Dat beviel de riddertjes wel!

Edoch, hoewel de maaltijden in Griekse gebieden inderdaad zelden te wensen overlaten, kwam net voor de dessert (die trouwens dan weer niet meteen het sterkste punt van de Griekse keuken is) de aap uit de mouw, de olifant uit de porseleinenkast en de vis op het droge. Net toen de riddertjes van plan waren om de gezellige straatjes van Plaka nog wat onveilig te maken vond Boudewijn het nodig om nog een aankondiging te doen: hij wou een nieuwe ridderorde oprichten, maar het moest en zou iets prestigieus worden, iets waar die vermaledijde Bourgondiërs bijvoorbeeld enkel van zouden kunnen dromen. Een ridderorde met een bijzonder symbool waar enkele moedige strijders naar op zoek zouden moeten gaan.

IMG_0203
Geen slechte plek voor een tempel. Ook geen slechte tempel eigenlijk.

Nu moet u weten, beste lezer, dat Godfried van Bouillon niet enkel een groot man was, maar best ook een grote drinker. Met een stevig stuk in zijn gladgestreken kraag riep hij uit dat de twaalf riddertjes u wel bekend deze nobele taak wel op zich zouden nemen. Hadden zij ten slotte niet het witte hert gevonden bij de Magyaren? Gezien de andere ridders aan de eettafel er met zijn allen veel meer voor voelden om nog wat uit te rusten in de schaduw van een nabijgelegen goddelijke olijfboom dan dat zij hun ridderlijke ledematen zouden vermoeien op deze queeste, klonk er een volmondig (bij Griekse maaltijden is er altijd genoeg) een instemmend geluid. De gekroonde hoofden op de Akropolis hadden reeds een – naar eigen zeggen zeer democratisch – akkoord. Nog voor de twaalf riddertjes het goed en wel beseften waren zij al vertrokken op een nieuwe zoektocht en begonnen zij aan een stevige dagmars noordwaarts. Aan de pas van de Thermophylai werd het even wat smalletjes, maar zonder al te veel oponthoud sloegen zij die avond hun kamp op in de middelgrote versterking Lamia. Het echte avontuur moest evenwel nog beginnen!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *