Op Bedevaart

De kathedralen van de Camino

Een goede raad slaat niemand zomaar in de wind, en dus trokken onze ridders bepakt en bezakt naar Burgos. Na een korte tocht konden ze de spitsen van de wereldvermaarde kathedraal al zien opdoemen. Onder een schitterende zon betraden ze de stad, maar het was al snel duidelijk dat ze ook hier de typische Spaanse peis en vree niet zouden vinden.

Dwars door de stad liep immers het beroemde pelgrimspad naar Santiago, en augustus was duidelijk het hoogseizoen voor dat soort figuren, ondanks de korte nachten en warme dagen. Maar niet alleen pelgrims noemden Burgos hun thuis, ook voor andere, meer sinistere, figuren was dit een veilige thuishaven.

Onze ridderschaar was op zoek naar de beroemde El Cid, de schrik van Moren en christenen, die al jaren in de stad resideerde. Helaas, geen geluk voor de dapperen: ze zochten overal, zelfs bij zijn woning, maar hij was niet te vinden. Dit ontstemde de ridders, want ze hadden graag met hem strategisch overleg gepleegd over de Engelse forten die zich in het zuiden bevonden; want zelfs tot hier is de waanzin van het Engelse hof doorgedrongen.

Hun doel niet bereikt, en een teveel aan pelgrims, deed hen besluiten door te reizen naar een hopelijk wat rustigere stad verder westwaarts; Leon, hoofdstad van het koninkrijk van Leon en zetel van koning Alfonso IX, die hen ongetwijfeld kon helpen bij hun avonturen.

Helaas, ook hier liet het geluk hen in de steek. Zijne doorluchtige majesteit was immers enkele dagen tevoren zelf de weg van de pelgrim gegaan en vertrokken naar de heilige stad Santiago. Er zat dus voor onze ridders en hun gevolg niets anders op dan de vele kilometers naar Santiago onverwijld aan te vatten, in de hoop hun bondgenoten daar te treffen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *